Patrijzen, kleine zilverreiger en het grote hoefblad.

Het voorjaar is heeft weer een nieuwe stap gezet, officieel is vandaag de astronomische lente begonnen. De metereologische lente is al begonnen op 1 maart.

In de Yerseke Moer zijn de broedvogels ook al steeds actiever. 

Een kievit tussen de brandganzen. De kievitten zijn al begonnen met het leggen van eieren, terwijl de brandganzen steeds meer terug gaan naar hun broedgebieden. Op deze foto komen deze twee werelden samen.

Waar de graspiepers zich eerst nog rustig lieten horen, worden ze nu steeds actiever. Op sommige stukken zag ik vanochtend wel 10 graspiepers op 500 meter van elkaar. Het makkelijkst zijn de graspiepers te fotograferen als ze op één van de vele palen gaan zitten die de Yerseke Moer rijk is. Zelf vindt ik een graspieper in een natuurlijke omgeving veel mooier. Maar dat is dan ook weer een stukje moeilijker te fotograferen.

Dit jaar had ik ze nog niet gezien in de Yerseke Moer, ik weet zeker dat ze er al die tijd wel gezeten hebben. Maar ze zijn slim en laten zich niet makkelijk zien. Dit koppeltje wel, ze zaten in een sloot rand, ik vind ze gaaf! : Patrijzen.

In deze houding lijkt de kleine zilverreiger een stuk groter. Het verenpak werd met grote precisie een onderhoudsbeurt gegeven. 

Het grote hoefblad heeft al vroeg in het jaar schitterende bloemen, de bladeren komen pas later boven de grond en worden een stuk groter dan de bloemen. 

In een berm staat een hele groep met bloeiende bloemen van het grote hoefblad. Door tussen de planten te gaan liggen krijg je een mooie wazige omlijsting.